Soms moet je als adviseur een stapje terug doen

Vrijdagmiddag. Met vierkante ogen verdiep ik me nog weer eens in 41 Excel-sheets met teambegrotingen. Al maanden ben ik bezig in een project dat de organisatie grip op de bedrijfsvoering moet geven. Hoe dieper we graven, hoe complexer het lijkt te worden.

‘Niet zo gek dat de organisatie er zelf niet in is geslaagd om grip op de zaak te krijgen’, denk ik nog. ‘Maar waar ben ik nou eigenlijk mee bezig? Buiten schijnt de zon, het is bijna weekend en ik heb zin in een biertje’.

‘Als ik nu niet een overzicht maak, doet niemand het. De teamleiders hebben al zoveel moeite gedaan om de projectgroep van informatie te voorzien. Mede doordat ik er al zo lang mee bezig ben, heb ik waarschijnlijk meer dan enig ander binnen de organisatie door hoe het zit. Het is nu alleen nog zaak de informatie te ordenen’.

Eén van de leden van de projectgroep stuurt een recente mailwisseling tussen haar en de opdrachtgever aan mij door. Ze adviseert de opdrachtgever het probleem bij de teamleiders terug te leggen, in plaats van bij de projectgroep. Die boodschap verrast me. De schrijver van het mailtje is een van de mensen met wie ik het afgelopen jaar het prettigst heb samengewerkt. ‘Hoezo vindt zij dat wij er mee op moeten houden? Of bedoelt ze dat ik er mee op moet houden?’

Organisatieadviseurs zijn soms net hulpverleners. Ik zie in deze organisatie allerlei zaken die nèt nog beter kunnen. Beter moeten zelfs. Het bewerkstelligen van grip op de bedrijfsvoering, “mijn” project, is daar een mooi voorbeeld van. Ik denk dat men dit binnen de organisatie zelf niet van de grond krijgt. In ieder geval gaat het er waarschijnlijk niet van komen om op dit vlak daadwerkelijk zelfstandig door te pakken.

Ik kom na het lezen van de mail tot bezinning; ik zit er te diep in! Misschien komt het door het werken met Excel. De wiskundige invalshoek verleidt tot perfectionisme: ‘de berekening moet kloppen’. Mijn grootste meerwaarde zit echter niet in het vervolmaken van tabellen; 80% van wat er moest gebeuren is gebeurd. Die overige 20% gaat mij veel te veel energie kosten.

Ik herlees de mail. De strekking is: Het is het probleem van de organisatie, en niet het probleem van de externe adviseur. Daar ben ik het eigenlijk nogal mee eens! ‘Het moment is daar om een stap terug te doen. Er is nog een uurtje zon op mijn dakterras. Tijd voor een biertje’.